OPPERDOES – Dit blijkt uit antwoorden op vragen van Wim Hogevorst(SP Noord-Holland) door de Gedeputeerde Staten. Om precies te weten te komen wat er nu speelt bij Afvalzorg even een terugblik die start op 10 oktober 2019 toen Tata Steel in IJmuiden een ‘beschikking specifieke vrijgave’ heeft gekregen voor een aantal recycle- en afvalstoffen. Deze beschikking is afgegeven door de Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming (ANVS) en is ‘op tafel’ gekomen uit stukken die naar aanleiding van een WOB-verzoek zijn verstrekt.

Tata Steel mag de stoffen waar het hier om gaat storten op het terrein van Afvalzorg in de Wieringermeer, gemeente Hollands Kroon. Voorheen werd dit materiaal gestort bij Afvalzorg locatie Nauerna, die hiervoor een vergunning heeft/had tot en met 31 maart 2022. Maar omdat ‘Nauerna’ vol is, is de vergunning op verzoek van Tata Steel uitgebreid met de locaties Lelystad en Wieringermeer. Voor Tata is uitbreiding van de vergunning tot storten belangrijk, essentieel, omdat zonder stortlocatie(s) de hoogovens en de staalproductie stil vallen.

Vier van de afvalstoffen die onder deze beschikking vallen bevatten polonium-210. Dit is een radioactief isotoop en zeer giftig. Een zeer kleine hoeveelheid polonium-210 is voldoende om bij een mens ziekte of de dood te veroorzaken. Het inhaleren van polonium-210 bevattende stofdeeltjes kan dodelijk zijn – het isotoop straalt alfadeeltjes uit die celstructuren in het lichaam aantasten. Het kan schade toebrengen aan het DNA, wat ‘celdood’ kan veroorzaken. Dit leidt ertoe dat organen uitvallen met uiteindelijk de dood tot gevolg.


Vragen inclusief de beantwoordingen door de  Gedeputeerde Staten leest u hieronder:

  • Vraag 1: Bent u als GS bekend met het storten van polonium-210 bij Afvalzorg Wieringermeer? Zo ja: wat is uw standpunt in deze? Zo nee: bent u bereid om hierover contact op te nemen met de provincie, alsmede de ANVS en de betrokken omgevingsdienst?
    Antwoord 1: Ja, wij zijn bekend met het storten van polonium-210 houdend restafval op de stortplaatsen van Afvalzorg. Voor het standpunt van GS in deze wordt verwezen naar de beantwoording van de volgende vragen.
  • Vraag 2: Kunt u de Staten zo spoedig mogelijk informeren over de situatie rond het storten van afvalstoffen van Tata Steel op het terrein van Afvalzorg Wieringermeer, en in het bijzonder over de risico’s voor de volksgezondheid en het milieu?Zo nee: waarom niet? Zo ja: wanneer kunnen wij deze informatie verwachten?
    Antwoord 2: Tata Steel stort voornamelijk afvalstoffen die verontreinigd zijn met zware metalen bij Afvalzorg locatie Wieringermeer. Zoals beschreven in de inleiding komt bij productie van staal ook afvalstof vrij met, naast verontreinigingen met zware metalen, een verhoogd gehalte aan polonium-210. Dit polonium is van nature aanwezig in de gebruikte ruwe grondstoffen en wordt bij de verwerking geconcentreerd in de reststoffen, die worden aangemerkt als ZELA (zeer laag radioactief afval). Daarnaast worden afvalstoffen van Tata Steel gestort die niet gerecycled kunnen worden (zoals asbest).De afvalstromen die door Afvalzorg mogen worden geaccepteerd zijn in hoofdlijnen te zien op de website van Afvalzorg. Bij de beantwoording van deze vragen heeft Afvalzorg aangegeven dat dit op detailniveau per specifieke afvalstroom ondoenlijk is omdat het om honderden afvalstoffen gaat.

    Afvalzorg heeft vergunning en voorschriften om afvalstoffen te verwerken. Daarnaast werkt Afvalzorg conform de relevante nationale en internationale richtlijnen en is Afvalzorg in het bezit van diverse certificaten, zie https://www.afvalzorg.nl/over-afvalzorg/certificaten/. Hiermee zijn de stortplaatsen van Afvalzorg ruimschoots geoutilleerd om bescherming van de  volksgezondheid en het milieu te kunnen waarborgen.

  • Vraag 3: De ANVS geeft blijkbaar beschikkingen af, zoals bedoeld in deze set vragen. Hoe gaat het afgeven van dergelijke beschikkingen, zoals deze beschikking aan Tata Steel te IJmuiden, in zijn werk? Graag een uitgebreid antwoord.
    Antwoord 3: Tata Steel heeft in 2018 bij de ANVS een aanvraag gedaan om een specifieke vrijgavebeschikking voor ZELA materialen met polonium-210 voor stort bij Afvalzorg. De ANVS is op grond van de wetgeving voor stralingsbescherming het bevoegd gezag om de aanvraag te beoordelen en hiervoor toestemming te geven door middel van een specifieke vrijgavebeschikking. Er gelden wettelijke beschermingsnormen voor de stralingsbescherming van mens en milieu. De ontdoener moet aantonen, dat aan deze normen wordt voldaan. De ANVS heeft de aanvraag van Tata Steel inhoudelijk beoordeeld en getoetst aan deze normen en heeft voorwaarden gesteld aan de werkwijze. Tata Steel moet de materialen op een veilige wijze aanleveren en indien nodig voorbehandelen om verspreiding tegen te gaan. Daarnaast moeten ze precies vastleggen welke en hoeveel gevaarlijke stoffen zich in het afval bevinden. De ANVS houdt bovendien toezicht op de uitvoering. Hiermee is de veiligheid geborgd. Het specifieke vrijgavebesluit is verleend aan Tata Steel. Dit is medegedeeld in de Staatscourant en is te vinden via de website Officiële Bekendmakingen.
  • Vraag 4: Welke rol spelen respectievelijk de provincie en de betrokken gemeente (in dit geval Hollands Kroon) in het proces zoals beschreven bij (3)?
    Antwoord 4: De provincie en de betrokken gemeente spelen geen actieve rol bij de afgifte van een vrijgavebeschikking door de ANVS (3).
  • Vraag 5: De SP neemt aan, dat na het afgeven van de noodzakelijke beschikking – afgegeven door het ANVS – er ook nog een vergunning moet worden aangevraagd door Tata Steel en/of door Afvalzorg. Klopt bovenstaande aanname? Zo nee: wat is er in deze aanname niet correct? En: hoe is de vervolgprocedure dan wel?
    Antwoord 5: De ANVS verleent de specifieke vrijgavebeschikking aan de ontdoener, in dit geval Tata Steel. Met deze vrijgavebeschikking mag Tata Steel haar afval aanbieden aan de stortplaats, Afvalzorg. De stortplaats dient te zijn vergund voor het ontvangen van gevaarlijk afval. De vergunning voor het oprichten en in werking hebben van een stortplaats voor niet gevaarlijk en gevaarlijk afval wordt verleend door de provincie Noord-Holland.
  • Vraag 6: Wie geeft de uiteindelijke vergunning af, en wie worden er hiervoor geconsulteerd?
    Antwoord 6: De vrijgavebeschikking wordt afgegeven door de ANVS, de OD NZKG heeft een vergunning afgegeven voor het in gebruik hebben van een stortplaats voor gevaarlijke afvalstoffen. Voor meer toelichting verwijzen we naar de inleiding. Bij grote wijzigingen of uitbreidingen van vergunningen door de ANVS worden betrokken gemeenten, provincie en veiligheidsregio betrokken. Zij worden in de gelegenheid gesteld om zienswijzen in te dienen. Het voorgenomen besluit wordt aangekondigd in bijvoorbeeld huis-aan-bladen of andere regionale media, zodat iedereen zijn mening kan geven. Dat is geregeld in de Algemene wet bestuursrecht. Specifieke vrijgavebesluiten zoals die voor Tata Steel, hebben niet zo’n uitgebreide procedure ondergaan, omdat dat niet verplicht is volgens de regelgeving. De besluiten worden wel medegedeeld in de Staatscourant en zijn te vinden via de website Officiële Bekendmakingen.
  • Vraag 7: Heeft GS zicht op de wijze waarop het nucleaire afval wordt opgeslagen? Zo ja: kunt u dit voor ons beschrijven? Zo nee: vindt u het acceptabel dat GS dit niet weet? En: wie heeft er, behalve Afvalzorg zelf, WEL zicht op de wijze van storten en opslaan?
    Antwoord 7: De aanlevervoorwaarden van ZELA zijn te vergelijken met die van asbesthoudende grond. Om het contactrisico zo minimaal mogelijk te houden, wordt het materiaal in zijn algemeenheid verpakt in big bags gestort zodat er geen stofvorming kan plaatsvinden. Daarna wordt het met grondig materiaal afgedekt. Grote bulkpartijen zoals filterkoek van Tata wordt net zoals asbesthoudende grond vochtig in vrachtwagens bij de afvalstort aangeleverd, zodat het niet kan verstuiven bij het lossen. Vervolgens wordt het afval gestort en afgedekt met grondachtig materiaal. Met de afdekking wordt voorkomen dat de afvalstoffen worden verspreid. De vrachtwagens worden door een saneerder met adembescherming handmatig schoon gemaakt. Vervolgens gaan de wagens door de wasstraat om eventuele verdere verspreiding via de voertuigen te voorkomen. De OD NZKG houdt toezicht op de wijze waarop Afvalzorg afvalstoffen verwerkt. De verwerking van gevaarlijke afvalstoffen maakt daar onderdeel vanuit.
  • Vraag 8: Zijn er voor het opslaan/storten van stoffen als polonium-210 voorschriften? En: zijn deze voorschriften bekend bij Afvalzorg en de Omgevingsdienst?
    Antwoord 8: Vanuit milieuwetgeving zijn strikte eisen gesteld voor de wijze van verwerking, de stort en het voorkomen dat de stoffen zich verspreiden naar de omgeving. Afvalzorg is vergund voor de verwerking van dit materiaal op haar stortplaatsen, is bekend met deze voorschriften en wordt hier aan gehouden. Zie ook het antwoord onder 7. ZELA wordt geaccepteerd en verwerkt onder de gestelde voorwaarden van gevaarlijke afvalstoffen.
  • Vraag 9: Wie houdt toezicht op de wijze waarop de stoffen worden opgeslagen? Hoe vaak vindt toezicht/controle plaats en hoe wordt hierover gerapporteerd?
  • Antwoord 9: Als er ZELA materiaal aanwezig is waarvoor de kernenergiewetgeving geldt, houdt de ANVS toezicht op de bescherming van de bevolking en het milieu. De Inspectie-SZW houdt toezicht op veiligheid van de werknemers, inclusief de bescherming tegen de straling van de radioactieve stoffen. De ANVS richt zich met haar toezicht met name op het beheersen en voorkomen van veiligheidsrisico’s in de diverse sectoren waar handelingen met radioactieve stoffen worden uitgevoerd. Het toezicht van de ANVS m.b.t. ZELA-afvalstromen is gericht op de ontdoener van die stromen, aan wie de vrijgavebeschikking is gericht (Tata Steel). De ANVS houdt toezicht op Tata Steel via systeemtoezicht en gerichte inspecties. Bij het systeemtoezicht kijkt de ANVS of het bedrijf voldoende controle heeft over de veilige bedrijfsvoering. Meer concreet betekent dit dat de ANVS controleert of het bedrijf de voorschriften van de verleende vergunning voldoende naleeft, bijvoorbeeld door een periodieke controle van de jaarrapportage die het bedrijf ten aanzien van stralingsbescherming opstelt. En met gerichte inspecties bekijkt de ANVS of het bedrijf de voorwaarden van de specifieke vrijgave, zoals de werkwijze van het aanleveren van de ZELA-afvalstromen en de hoeveelheid radioactieve stoffen daarin, naleeft. Het toezicht op de vergunning voor het in werking hebben van een stortplaats voor niet gevaarlijk
    en gevaarlijk afval ligt bij de ODNZKG, in opdracht van de provincie. Zie onder antwoorden 7 en 8.
  • Vraag 10: Acht u het verstandig om de bewoners in het gebied, en zeker in de gemeenten Hollands Kroon en Medemblik – deze gemeente grenst direct aan de stortplaats – te informeren over het materiaal dat gestort wordt/is? Zo nee: waarom niet? Zo ja: wie behoort dit te doen?
    Antwoord 10: Wettelijk gezien geldt er geen actieve informatieplicht voor afvalstromen die op een stortplaats worden gestort. Wel gelden vanuit de vergunning voorschriften voor het  documenteren van de ontvangen afvalstromen. Daarmee is de informatie opvraagbaar en daarmee voldoende transparant. Afvalzorg is eigenaar van de informatie en dient deze desgevraagd te delen.
  • Vraag 11: De Centrale Organisatie Voor Radioactief Afval (COVRA) heeft in ons land de wettelijke taak om al het radioactieve afval in Nederland te verzamelen, te verwerken en op te slaan. Dat geldt niet alleen voor het radioactief afval van kerncentrales (en de nucleaire installatie in Petten), maar ook voor radioactief ziekenhuisafval en radioactief afval uit de proces- en productie-industrie. In hoeverre is de COVRA betrokken (geweest) bij het verstrekken van de beschikking aan Tata Steel, bij het verstrekken van de (noodzakelijke) vergunning en bij het toezicht op de stort en opslag van het nucleaire materiaal op ‘Wieringermeer’? Graag een uitgebreid antwoord.
    Antwoord 11: De COVRA is niet bedoeld voor ZELA. Voor een veilige stort van ZELA zijn de voorzieningen bij wettelijk erkende stortlocaties voldoende. De stort van radioactief afval op deze stortlocaties is in overeenstemming met het beleid ten aanzien het beheer van radioactieve afvalstoffen. Dat beleid volgt een risicogerichte benadering waarbij veiligheid voor mens, milieu centraal staan. COVRA is dus niet betrokken geweest bij het verlenen van de beschikking aan Tata Steel.