HOORN – ,,Een unieke zaak”, zo noemde officier van justitie Gerda Visser vrijdag de moord op Martin Griep op 12 april vorig jaar in Zwaag. De verdachten Mijntje B. (63) uit Hoorn en Mark P. (59) uit Grootebroek werkten samen. Er was volgens de officier sprake van een ‘berekenend plan’, dat B. had beraamd en waarbij P. alle medewerking gaf. Griep werd in koelen bloede vermoord in zijn eigen huis door B., met het moordwapen dat beiden hadden aangeschaft. Ze eiste tegen B., de echtgenote van Griep, een gevangenisstraf van 18 jaar en tegen haar geliefde P. 12 jaar celstraf.
Mijntje B. had volgens de aanklager een financieel motief om de man om te brengen, waarmee zij jarenlang was getrouwd. Ze zou uit zijn geweest op een nabestaandenpensioen. Haar vriend Mark P. was in de ban van Mijntje en werkte mee om een wit voetje bij haar te halen, vond de officier.
Wapen
Wekenlang had B. het erover om Griep om te brengen. Samen met P. ging ze in februari naar Beverwijk om een wapen met munitie aan te schaffen, waarvoor P. een afspraak had geregeld. Het liefst wilde ze nog een geluiddemper.
Mijntje B. maakte een afspraak met de man, waarmee ze in scheiding lag. Een scheiding, die niet werd doorgezet. Op 1e Paasdag zou ze bij hem komen en Griep ging ervan uit dat die afspraak doorging. B. zei later in verhoren dat de afspraak was afgezegd.
Vermomd
Vermomd ging Mijntje naar het huis van Martin Griep en hij liet haar binnen, meent de officier. Ze schoot haar man in koelen bloede in zijn borst. Daarna pakt ze zijn telefoon en zijn er berichten over en weer met haar eigen telefoon, waaraan P. meewerkt. Dit om haar volgens de officier een alibi te verschaffen. De telefoon van Griep werd nooit teruggevonden.
Na de moord op Griep verkleedde Mijntje B. zich weer en samen met P. gooide ze het wapen en haar kleding weg in een sloot in Berkhout. P. vertelde dit later aan de politie. Het wapen werd gevonden in de sloot.
Liegen
B. ontkende alles nadat P. openheid van zaken gaf, stelde de aanklager. Ze gaf voortdurend andere lezingen over de afspraak op 1e Paasdag, die zou zijn afgezegd. Ook zou ze hebben gelogen over haar aanwezigheid in Beverwijk, waar het wapen zou zijn aangeschaft en waar ze wel degelijk parkeergeld had betaald.
Na de moord zocht ze vaak op de site van 112Hoorn, terwijl er toen nog niets bekend was over het voorval of andere incidenten. Ook dat neemt de aanklager bij voor het bewijs.
Mogelijk is Mijntje B. zwakbegaafd. Ze zou gewend zijn te liegen, vermoedde een psychiater in het Pieter Baancentrum. Ze weigerde daar om mee te werken aan haar onderzoek, waardoor geen diagnose kon worden gesteld over een eventuele stoornis. Haar kinderen zeggen dat B. vaak liegt.
Rol
De aanklager vindt het in P. te prijzen dat hij verklaringen aflegde, maar meent dat hij later zijn rol kleiner maakte dan die was. Hoewel hij niet degene was die de trekker overhaalde en daarbij ook niet aanwezig was, vindt de officier hem toch medeverantwoordelijk voor de moord op Griep. Hij heeft aan van alles meegewerkt, aldus de officier. Ook P. is volgens deskundigen volledig toerekeningsvatbaar.
De stiefkinderen van Martin Griep hebben om 17.500 euro gevraagd voor affectieschade. Het gaat om de kinderen van Mijntje B., die een sterke band hadden met hun stiefvader. Hij was volgens hen een levenslustige man, die hen steunde en hielp. De aanklager ondersteunt hun claim.
De advocaten van de verdachten moeten deels nog aan het woord komen. De rechtbank doet 24 december uitspraak.