HOORN – De gemeente Hoorn wil dat de provincie Noord-Holland gaat handhaven rond de kaalslag van een stuk groen in het gebied van Hoorn 80. De Stichting Stadslandbouw uit Hoorn wilde daar een voedselbos aanleggen en dacht groen licht te hebben van de gemeente. Maar dat pakte heel anders uit. De stichting had geen vergunning om het stuk grond leeg te halen en deed geen onderzoek naar beschermde flora en fauna op de lap grond.

Donderdag was er een zitting bij de bestuursrechter in Haarlem. De provincie stelt een dwangsom van 25.000 euro in het vooruitzicht als de stichting het stuk grond niet in de oude staat terugbrengt met groen en bomen. De gemeente wil dat de provincie de daad bij het woord voegt, maar de stichting stapte naar de bestuursrechter om dat te voorkomen. Het bestuur vindt de dwangsom veel te hoog en de termijn voor herstel veel te kort.

De stichting meent dat haar geen blaam treft. Volgens bestuurslid Chris de Meij was de zaak in kannen en kruiken en zou de wethouder hebben gezegd dat de stichting haar gang kon gaan. Maar volgens ambtenaren van de gemeente Hoorn klopt daar niets van. Ze konden zich ook niet voorstellen dat de stichting niet zou hebben geweten officieel onderzoek te moeten doen naar beschermde planten, bomen en diersoorten. Het bestuur zou daar meerdere malen op zijn gewezen.

Dat onderzoek was niet gebeurd. Uiteindelijk deden deskundigen een kort onderzoek naar welke dieren er leefden in het gebied, dat 700 vierkante meter groot is en onderdeel uitmaakt van een veel groter bos. Niet uitgesloten kan worden dat er marters en vogels zijn verstoord door het weghalen van bomen en struiken.

De Stichting Stadslandbouw wilde bijenkasten neerzetten op de grond en groenten gaan verbouwen. Het groen op Hoorn 80 werd in april vorig jaar weggehaald door een bedrijf in opdracht van Stadslandbouw Hoorn. Dat was midden in het broedseizoen. In oktober zette de gemeente Hoorn een definitieve streep door het plan van de stichting.

De stichting wil langer de tijd krijgen om de zaak in de oude staat terug te brengen. ,,Liever niet in het voorjaar, want dan krijgen we straks weer het verwijt dat we het broedseizoen verstoren”, aldus De Meij. Hij vond dat niet geromantiseerd moet worden wat er op de grond stond. ,,Het lag voornamelijk vol met rotzooi van daklozen. Wij hebben het juist opgeruimd.”

De rechter doet over twee weken uitspraak.