Opgravingen A.C. de Graafweg, hopen op restanten uit de Bronstijd

WOGNUM – De provincie gaat de A.C. de Graafweg aanpakken maar voor er daadwerkelijk kan worden begonnen is het eerst aan de archeologen om het gebied waar de nieuwe A.C. de Graafweg komt te liggen te onderzoeken op restanten uit het verleden. In dit deel van het plangebied worden archeologische resten vanaf de Bronstijd verwacht. Het plangebied van de N241 A.C. de Graafweg doorkruist ter hoogte van Opmeer de afzettingen van de voormalige rivier de Gouw. De afzettingen van de Gouw zijn namelijk nog steeds te herkennen als een relatief hooggelegen gebied. De Gouw buigt naar het zuidoosten af, waardoor het plangebied op de uiterste noordelijke flank van deze kreekafzettingen komt te liggen.

Vanaf de Bronstrijd was de Gouw niet meer actief. Op de inversierug die na verlanding (veenvorming) in het landschap overbleef waren goede bewoningsmogelijkheden. Het oostelijk deel van het plangebied ligt op de noordelijke flank hiervan. Ook elders in het landschap kan echter vanaf die periode bewoning hebben plaatsgevonden. Het kan hierbij gaan om bijvoorbeeld nederzettingen, akkercomplexen en grafheuvels. De vindplaatsen worden direct onder de bouwvoor verwacht. Vanwege de algemene bewoningsgeschiedenis van de regio geldt specifiek een hoge verwachting voor vindplaatsen uit de Bronstijd. Vanwege de grote hoeveelheid keramiek uit de Late Middeleeuwen dat is gevonden op de percelen in Opmeer en Medemblik geldt specifiek voor deze periode eveneens een hoge verwachting. Het is echter niet duidelijk of het keramiek duidt op (verploegde) vindplaatsen of is gebruikt als bemestingsafval.

In AMK-terrein 14841, waar de historische kern van Opmeer is gelegen, worden resten verwacht die verband hiermee houden. Het kan gaan om resten van woningen en bijgebouwen, maar ook erfafscheidingen, putten, kuilen en dergelijke. Voor AMK-terrein 5865 geldt een hoge verwachting op resten uit de Late Bronstijd. Als gevolg van grondbewerking in het kader van landbouw, het graven van kuilen voor kleiwinning en de aanleg van de N241 A.C. de Graafweg kan dit niveau zijn verstoord en opgenomen in de bouwvoor. Voor enkele zones geldt enkel een zeer lage archeologische verwachting, omdat deze reeds zijn onderzocht. Dit betreft het gebied aan de (noord)oostelijke zijde van Opmeer. Hier heeft proefsleuvenonderzoek aangetoond dat er zeer waarschijnlijk geen archeologische waarden aanwezig zijn. Ook geldt een zeer lage archeologische verwachting voor de zone waar kabels en leidingen zijn gelegen. Dit betreft een strook van ca. 2 meter buiten het huidige wegprofiel (inclusief fietspad).(Bron Sweco)

Onze verslaggever nam een kijkje bij de opgravingen en zag het verleden voor zijn ogen tevoorschijn komen.


Foto’s: RV Fotografie

Deel dit artikel